Spring naar inhoud
Rens de Jonge
Verhaal

Collega aan het werk: Rens de Jonge

De veiligheidsregio was geen onbekende organisatie voor Rens de Jonge, die 12 jaar geleden begon als brandweervrijwilliger in Raamsdonksveer. Inmiddels is hij als zodanig actief in Oosterhout en als opstapper in Den Hout. Sinds 2 jaar vult hij zijn doordeweekse dagen voornamelijk als strategisch projectleider. 

Van uitruklaars tot flexplek 

“Als strategisch projectleider heb ik projecten onder mijn hoede die impact kunnen hebben op de hele organisatie. Dat kan omdat ze invloed hebben op veel mensen of afdelingen, omdat er grote bedragen mee gemoeid zijn of omdat er sprake is van een groot afbreukrisico of grote complexiteit. Ik kan de projecten waar ik aan werk verdelen in 3 typen. Als eerste de reguliere aankopen of vernieuwing van de raamcontracten: dat zijn vaak aanbestedingen die we iedere 4 tot 6 jaar opnieuw moeten uitzetten. Laatst heb ik dit traject doorlopen voor nieuwe uitruklaarzen. Dat gaat al gauw om 300 paar per jaar!  

Daarnaast hou ik me bezig met strategische aankoopprojecten. Dat zijn projecten die zo complex zijn dat ze veel aandacht verdienen. Neem bijvoorbeeld de nieuwe generatie TS’en. Die hebben ook lange termijnimpact: wat we hiervoor komend jaar op papier zetten, moeten we tot 2045 mee doen. Aangezien ik de toekomst niet kan voorspellen, ben ik van veel collega’s afhankelijk om onze eisen en wensen af te stemmen. Denk aan de afdeling Brandweerzorg, TFL, Vakbekwaamheid, Informatisering en Incidentbestrijding, Onderzoek & Analyse (IBOA). 

En als laatste hebben we veranderprojecten: deze organisatie is nou eenmaal een organisatie in ontwikkeling. Neem bijvoorbeeld hybride werken. Corona maakte duidelijk dat het een blijvend fenomeen is en dat we met een andere blik naar kantooromgevingen moeten kijken. Het sluiten van de Doornboslaan en de komst van flexplekken was daar onderdeel van. Ik ben me er sterk van bewust dat dit soort plannen op papier heel overzichtelijk en simpel lijken, maar in de praktijk kom je aan het werk van mensen. Gelukkig zag ook het MT dat deze verandering lang niet voor iedereen even makkelijk zou zijn. Daarom zijn we destijds teruggegaan naar de directie om de onderliggende visie op te halen. Toen die basis er eenmaal was kon ik verder.”  

De organisatie nog beter maken 

“Vaak zijn mijn projecten noodzakelijk om het grote plaatje nog beter, betaalbaarder, efficiënter of effectiever te maken. Ik kijk er dan ook met die bril naar. Veranderingen die voor mij makkelijker te accepteren zijn omdat ze – om welke reden ook – onvermijdelijk zijn, kunnen voor de groep die ermee te maken krijgt juist voelen als verlies. En toch komt vaak ook naar boven wat ik het mooiste vind aan deze organisatie: als mensen eenmaal hun schouders ergens onder zetten, is er heel veel mogelijk. Die emotie en passie zit hier echt in het DNA. Uiteindelijk werken we allemaal voor hetzelfde: samen de regio veiliger maken.  

Wat mij betreft heb ik hier een arbeidsarrangement wat ik nergens anders kan krijgen. Op kantoor werk ik aan langetermijndoelen, maar juist doordat ik – binnenkort ook als Officier van Dienst - op straat met collega’s kan bijdragen aan een organisatie met zo’n helder doel, maakt dat ik hier met heel veel plezier werk.”